-
1 kehren
kehren3 〈haben/sein; sport en spel〉keren, een keersprong maken♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 keren, wendenIII 〈overgankelijk & onovergankelijk werkwoord〉1 vegen, keren♦voorbeelden:1 zich keren ⇒ zich (om)draaien, zich wenden♦voorbeelden: -
2 Besen
Besen〈m.; Besens, Besen〉2 helleveeg, feeks♦voorbeelden:¶ ich fresse einen Besen, wenn … • ik ben een boon als …jemanden auf den Besen laden • iemand voor de gek houden -
3 neue Besen kehren gut
См. также в других словарях:
Besen — 1. Alte Besen blühen nicht. Trotzdem dass Abraham a Sancta Clara in seinem Judas, der Erzschelm einen solchen Fall berichtet, der sich in dem Palaste des Kaisers Valentinian zugetragen haben soll, indem eine Menge alter Besen von freien Stücken… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon